Kosten, indexfondsen en mierenmolens
In 1921 bestudeerde William Beebe het fenomeen van de mierenmolen. Legermieren zijn blind. Ze gebruiken een feromoon dat andere mieren achterlaten om hun weg te vinden. Zodra ze dat feromoonspoor kwijtraken veranderen de legermieren van strategie en volgen ze de mier die voor hen loopt. Probleem van deze strategie is dat de legermieren uiteindelijk rondjes kunnen blijven lopen. Zo zag Beebe ooit een gigantische mierenmolen met een omtrek van bijna 370 meter waarin de legermieren bleven rondlopen totdat ze van uitputting stierven.
Veel pensioenfondsen hebben standaard een gespreide portefeuille die kostenefficiënt is ingericht aan de hand van indexfondsen. Maar wat zijn de risico’s van het blind volgen van die strategie? Een stabiele assetmix is een gigantische gok op aannames en gemiddelde markten. Indexfondsen zijn kostenefficiënt maar bieden ze voldoende spreiding en robuustheid? Gelukkig zijn wij niet blind geboren en hebben we meer alternatieven dan alleen het fonds volgen dat voor ons uitloopt. Een goede eerste stap is om je voor te stellen hoe de wereld zich in de nabije toekomst en op de middellange termijn zou kunnen ontwikkelen en vervolgens een adaptieve portefeuille samen te stellen die daarop is gebaseerd. Met andere woorden, voeg wat ogen, oren en deskundigheid toe aan je portefeuille. Dat gaat niet zonder uitvoeringskosten, maar uiteindelijk moeten we besluiten of we ons als mensen of als mieren gaan gedragen.
Deze column is geschreven door Stefan Lundbergh en verschenen in Pensioen Bestuur & Management Nr. 1.2018